Wanneer een tegen u aanhangig gemaakte strafzaak eindeloos duurt, er geen vervolgactie wordt ondernomen door het Openbaar Ministerie of wanneer er sprake is van ernstig tijdsverzuim (‘undue delay’) dan kunnen wij namens u een verzoekschrift einde zaak (art. 36 Wetboek van Strafvordering) indienen.
De gerechtelijke instantie waarbij de zaak aanhangig is, beslist dan op het verzoek. De officier van justitie of de advocaat-generaal mag tijdens de zitting zijn of haar visie op het verzoekschrift geven. Ook is het mogelijk dat de rechtstreeks belanghebbende wordt opgeroepen om te worden gehoord over het verzoek.
Indien de zaak inderdaad door de gerechtelijke instantie in kwestie wordt beëindigd, is het mogelijk om schadevergoeding te vorderen voor de ten onrechte ondergane voorlopige hechtenis of vergoeding te vragen voor de met betrekking tot de zaak gemaakte kosten.
Als het onduidelijk is of een zaak is geëindigd of niet, dan is het ook mogelijk een gecombineerd verzoek einde zaak en schadevergoeding in te dienen.
De beschikking op het verzoek tot beëindiging van de zaak is onherroepelijk, dat wil zeggen dat hiertegen geen beroep mogelijk is.