Uitspraak 31 mei 2016
BANK NIET VERANTWOORDELIJK VOOR SCHADE DOOR RESTSCHULD HYPOTHEEK
Amsterdam | Banken zijn niet verantwoordelijk voor de financiële schade van klanten met een restschuld die ontstaan is door een gedaalde huizenprijs. Dat blijkt uit een arrest dinsdag van het gerechtshof in Amsterdam, dat stelt dat ‘het een feit van algemene bekendheid is dat de verkoopprijzen van woningen zowel kunnen stijgen als dalen.’
Het arrest, dat een eerder vonnis van een lagere rechtbank bekrachtigt, is een tegenvaller voor klanten die hun bank aansprakelijk willen stellen voor de schade als gevolg van de daling van de huizenprijs vanaf 2008. De laatste tijd roert de Stichting Restschuld Eerlijk Delen zich over dit onderwerp.
Het Gerechtshof oordeelde in een zaak tussen een huizenkoper en ABN AMRO, die in 2006 een hypothecaire lening van ruim een miljoen verstrekte. De klant krijgt het huis niet verkocht, behalve met forse restschuld. Hij meent dat de bank hem had moeten waarschuwen. Sterker nog: de gezamenlijke banken zouden verantwoordelijk zijn voor de stijging van de huizenprijs tot de crisis en daarmee voor het inzakken van de prijzen in de jaren erna.
Maar het Hof veegt dat allemaal van tafel. ‘Het is niet zo dat ABN in januari 2006 had moeten voorzien wat er enkele jaren later met de woningmarkt zou gaan gebeuren’, aldus het arrest. En dat banken collectief verantwoordelijk zijn, vindt het Hof niet iets voor een concrete rechtszaak.
FD/1 juni 2016.