Bestuurdersaansprakelijkheid bij faillissementsfraude

Bestuurdersaansprakelijkheid bij faillissementsfraude

Bestuurdersaansprakelijkheid bij faillissementsfraude

11:30 07 november

Bestuurder strafrechtelijk veroordeeld voor faillissementsfraude (bedrieglijke bankbreuk)

Een bestuurder van een in financieel zwaar weer verkerend bedrijf heeft in deze periode ruim € 70.000,- aan elektronica op krediet besteld en ontvangen. Het bedrijf gaat vervolgens failliet. De bestelde goederen zijn dan niet meer aanwezig. Het is onbekend wat er met deze goederen is gebeurd. De bestuurder kan of wil hierover in ieder geval geen duidelijkheid verschaffen. Wel staat vast dat de goederen niet betaald zijn en dat deze goederen evenmin geld hebben opgebracht dat in het vermogen van het bedrijf terecht is gekomen.

De bestuurder van de onderneming heeft aldus willens en wetens op de koop toegenomen dat schuldeisers zouden worden benadeeld door goederen aan de boedel te onttrekken. Daarnaast heeft de bestuurder niet voldaan aan zijn verplichting om (een deugdelijke) administratie voor de onderneming te voeren. Uit de administratie dienen ten minste de rechten en plichten van de onderneming gedestilleerd te kunnen worden. Daarvan was geen sprake.

Voorwaardelijk opzet met aankoop

Door € 70.000,- aan elektronica op krediet te bestellen en geleverd te krijgen, behoort de bestuurder zich ervan bewust te zijn dat er een vrijwel niet af te wenden risico bestaat dat dit bedrag nooit valt te betalen waardoor het faillissement onafwendbaar zou zijn. De bestuurder dient dan in elk geval ervoor te zorgen dat duidelijk is waar de vermogensbestandsdelen van de onderneming zich bevinden. In plaats daarvan heeft de bestuurder de elektronica uit het zicht van de onderneming gebracht. Daarmee heeft de bestuurder willens en wetens op de koop toe genomen dat de schuldeisers van de onderneming zouden worden benadeeld. Hierdoor heeft de bestuurder zich schuldig gemaakt aan bedrieglijke verkorting van schuldeisers door goederen aan de boedel te onttrekken of baten niet te verantwoorden in de zin van art. 343 lid 1 Sr.

Strafrechtelijk eindoordeel

De rechtbank acht bewezen dat de bestuurder diverse elektronische apparatuur aan de boedel van de onderneming heeft onttrokken en geen administratie heeft gevoerd waaruit te allen tijde de rechten en verplichtingen van de rechtspersoon kunnen worden gekend. Hierdoor zijn de schuldeisers van de onderneming benadeeld. De rechtbank veroordeelt de bestuurder tot een voorwaardelijke gevangenisstraf van twee maanden met een proeftijd van twee jaar en tot een taakstraf van 180 uren met 90 dagen vervangende hechtenis.

Civielrechtelijke gevolgen

Bij deze straf zal het waarschijnlijk niet blijven. Want op grond van dit oordeel van de rechtbank staat wel vast dat deze bestuurder onrechtmatig heeft gehandeld. Zodoende zullen de schuldeisers (of de curator) zich ook wel bij deze bestuurder kunnen melden om de geleden schade op hem te verhalen.

Laat u door ons adviseren

Voor vraagstukken aangaande bedrijven in zwaar weer en bestuurdersaansprakelijkheid kunt u per e-mail contact opnemen met mr Erik Prillevitz en Friso Heybroek of uiteraard ons even bellen: 035-678 2545.